Liederen die de lof van het bier bezingen zijn allesbehalve zeldzaam. Alleen al in Nederland zijn er vele honderden gemaakt. De teksten van die Nederlandse bierliederen, zeker die van de laatste zestig jaar, zijn meestal leutig van toon. Verder hebben vrijwel alle bierliederen een refrein dat bedoeld is om uit volle borst te worden meegezongen door een publiek dat eerst flink de keel gespoeld heeft. Bierliederen zijn kroegliederen. Vaak gemaakt door carnavals-, schnabbel- en gelegenheidsartiesten die denken dat als je een raar petje op zet en iets over schuimend gerstenat zingt de stemming er vanzelf wel in komt. Bierliederen met een meer serieuze of droevige inhoud zijn uiterst zeldzaam. Zelfs als er sprake is van zo’n serieuze of droevige inhoud, dan nog krijgen pret of leedvermaak vaak ongemerkt de overhand. Neem bijvoorbeeld Er valt ’n traan in m’n bier, een lied dat in 1989 op de plaat werd gezet door Nico Haak (1939-1990). Er valt ’n traan in m’n bier is een bewerking van de Amerikaanse smartlap There’s a tear in my beer (1950), waarin countryzanger Hank Williams (1923-1953) boven een glas bier een verloren liefde betreurt. De door Nico Haak vertolkte versie is echter niet half zo smartelijk als het Amerikaanse origineel. Want hoewel ook Haak al zingend zijn gemoed lucht over een afwezige geliefde (Er valt een traan in m’n bier / want het zit me tot hier / dag en nacht denk ik aan jou), zijn melodie en instrumentale begeleiding juist opvallend opgewekt. Haak vertolkt het lied als ware het een vrolijke meezinger waardoor tekst en toonzetting van het lied volledig met elkaar in tegenspraak zijn. Een ander vrolijk bierlied dat een in wezen tragische problematiek aansnijdt is Blik bier (you are beautiful). Dit lied wordt gezongen door een duo dat zich verschuilt achter het flauwe pseudoniem Guus & Meeuwis. Het filmpje waarin beide gelegenheidsartiesten als dakloze zwervers verkleed hun lied ten gehore brengen was in 2007 een enorme YouTube-hit. Voor wie lied en filmpje niet kent: op de vrolijke melodie van Big girls you are beautiful (Mika) wordt een ode gebracht aan de spotgoedkope 50 cl blikken huismerkbier uit de supermarkt: Mooi geluid als je hem openmaakt / Geweldig lekker hoe die smaakt / Ik zeg: hey blik you are beautiful. Het wrange is dat de twee nepzwervers heel erg blij en opgetogen worden van hun halve literblikken terwijl echte daklozen die blikken alleen maar kopen om flink beneveld te raken en zo niet aan hun ellende te hoeven denken. Blik bier you are beautiful is humor op de rand van leedvermaak.
Verreweg de meeste bierliederen zijn te karakteriseren als vulgair in beide betekenissen van het woord: volks (ongecompliceerd, anti-elitair) en platvloers (smakeloos, banaal). In veel van deze bierliederen lijkt het alleen maar te draaien om ongeremd feestvieren, slempen en zuipen. Vaten moeten tot de bodem worden leeggedronken en iedereen gaat pas naar huis als het bier op is en er niets meer te heisen valt. Bier rijmt op plezier en lol op schenk nog maar eens vol. En verder is het van heisa, heisa, hup-falderie, hup-faldera en ho-la-di-je, ho-la-di-jo. Dat begint al bij het oudste Nederlandse bierlied waarvan een plaatopname bestaat. Dit lied getiteld Bokbier (1904) stond op het repertoire van de voor de Eerste Wereldoorlog zeer populaire coupletzanger en conferencier Maurice Dumas (pseudoniem van Maurits Bonavang 1878-1937). Het betreft een onvervalst dronkenmanslied waarin Dumas laat weten drinken bijzonder serieus te nemen, waarvan zijn rode neus het zichtbare bewijs is. In het refrein legt Dumas vervolgens uit waarom bokbier zijn favoriete drank is: Want dat lekkere, pittige bok-la bier / want dat bok-la, bok-la, bok-la bier / want dat lekkere, pittige bok-la bier / want dat bok-la, bok-la bier / wat een plezier. De vele –la’s in dit refrein zijn de oprispingen van een man die overduidelijk veel te haastig zijn glas heeft leeggedronken. Bockla was echter ook de naam waaronder de Rotterdamse Brouwerij d’Oranjeboom destijds haar bokbier op de markt bracht. Het vermoeden is dan ook gerechtvaardigd dat Dumas dit lied geschreven en gecomponeerd heeft op verzoek van of in overleg met Oranjeboom en dat de brouwerij mogelijk ook betrokken is geweest bij de plaatopname. Waarschijnlijk is het lied door Dumas veelvuldig ten gehore is gebracht in de theaters en feestzalen waar hij optrad, zij het uiteraard alleen tijdens het bokbierseizoen en alleen in die theaters en feestzalen waar ook Oranjeboom Bockla verkrijgbaar was. Ik stel me zo voor dat het nummer door Dumas vlak voor de pauze werd gezongen, zodat de aanwezigen zich in de pauze naar de bar konden spoeden of de ober konden wenken om een Bockla te bestellen. Of Dumas zich extra liet betalen voor het zingen van dit lied is een interessante vraag die zich helaas niet meer laat beantwoorden.
In een tijd dat vanuit kerkelijke en politieke hoek een sterke anti-alcohollobby werd gevoerd, wensten de meeste Nederlandse brouwerijen zichzelf evenwel niet te compromitteren met liederen waarin met rode neuzen, onmatige alcoholconsumptie en openbare dronkenschap werd geflirt. De bierliederen die door de brouwerijen zelf werden uitgebracht en verspreid waren dan ook opvallend braaf en beschaafd. Bier was dan wel een volksdrank, maar benadrukt werd dat het een volksdrank was met enig cachet en een lange historische traditie. Heineken’s Bierbrouwerij Maatschappij (HBM) bracht in 1937 een grammofoonplaat in omloop waarop Piet Muyselaar (1899-1978) de grote internationale reputatie bezong van Heineken’s bier. In het refrein van Het Heineken’s bierlied werd onderstreept dat de consumptie vooral niet tot de zomermaanden beperkt diende te blijven: Heineken’s bieren, dat is pas je dat / lekker geschonken, vers van ’t vat / Heineken’s bieren, heerlijk voor de dorst / op snikhete dagen en bij tien graden vorst. Een echte meezinger was Het Heineken’s bierlied niet. Slechts één passage leende zich ertoe om luidkeels door publiek te worden meegebruld: Aannemen ober, hier! / bier, bier, bier!
Enkele maanden na HBM bracht ook concurrent Amstel Brouwerij een eigen bierlied uit op grammofoonplaat. Dit zogenaamde Amstellied (1938) was geschreven op de melodie van het destijds zeer bekende Jamboreelied (1936), een compositie van de bij de padvinderij werkzame Jan Frederik Schaap (1893-19??). Het refrein van het door Bob Scholte (1902-1983) uitgevoerde Amstellied leende zich veel beter tot meezingen dan dat van Het Heineken’s bierlied: Amstelbier, Amstelbier / Van De Amstel komt het allerbeste bier / bier, bier, bier! / Amstelbier, Amstelbier / kom drink een glaasje Amstelbier. Ook de Zuid-Hollandsche Bierbrouwerij (ZHB) en Oranjeboom brachten in de jaren dertig grammofoonplaten met eigen bierliederen in omloop. ZHB nam hiertoe vermoedelijk in 1936 de mateloos populaire revueartiest Lou Bandy (Lodewijk Dieben, 1890-1959) in de arm terwijl Oranjeboom in 1937 een beroep deed op diens al even populaire broer Willy Derby (Willem Dieben, 1886-1944). Voor de door Bandy en Derby gezongen liederen gold eveneens dat bier werd voorgesteld als een edele drank met allerlei verheffende eigenschappen. Zo zong Bandy onder meer dat ZHB-bier jongeren de kracht [geeft] om op te bouwen, dat het aan de ouwen eeuwige jeugd [geeft] en dat een volk dat ZHB-bier drinkt niet te verslaan [is]. Het refrein van de door Derby vertolkte Oranjeboom-marsch was al even optimistisch van toonzetting: Bier van d´Oranjeboom dat houd je flink en fit / Bier van d´Oranjeboom omdat er pit in zit / Bier van d´Oranjeboom dat maakt je blij van zin / Proost, op je gezondheid hoor, en schenk nog maar eens in. De roesverwekkende en benevelende eigenschappen van bier werden kortom zorgvuldig buiten beeld gehouden. De grammofoonplaten van Derby, Bandy, Muyselaar en Scholte hebben waarschijnlijk in zeer kleine oplagen – van enkele honderden tot hooguit duizend exemplaren – hun weg gevonden naar café’s die respectievelijk ZHB, Oranjeboom, Heineken of Amstel op tap hadden. Aangezien het onvervalste reclame-uitingen betrof konden deze bierliederen niet door de Hilversumse radiozenders de ether in worden gestuurd. Eén en ander leidde ertoe dat deze bierliederen destijds geen algemene bekendheid wisten te verwerven.
Na de oorlog was het de brancheorganisatie van de Nederlandse brouwerijen die opnieuw een bierlied op grammofoonplaat liet vastleggen. In het kader van de collectieve reclamecampagne voor bier gaf het Centraal Brouwerij Kantoor (CBK) in 1950 aan platenmaatschappij Decca de opdracht om 7.000 exemplaren van een door Max van Praag gezongen Bierlied te persen. Deze grammofoonplaten werden door de bij het CBK aangesloten brouwerijen tegen een verkoopprijs van ƒ 1,25 verspreid onder hun caféhouders. Het eerste couplet van het lied luidde: Reeds de oude Batavieren / als ze feesten gingen vieren / dronken bier, bier, bier, bier, bier / En ook de Kaninefaten / dronken bier uit grote vaten / dronken bier, bier, bier, bier, bier. Wederom was dus gekozen voor een tekst die deels kon worden meegescandeerd. Interessant is het verhaal achter de totstandkoming van dit lied. Componist Frits Peijpers (1924-2006) en tekstschrijver Arie Buitenkant (1915-1998) waren beiden in loondienst van het CBK. Peijpers werkte op de afdeling die de bierexport van de Nederlandse brouwerijen in kaart bracht en Buitenkant was werkzaam op de loon- en salarisadministratie van het CBK. Bierlied was oorspronkelijk geschreven voor een feestelijke personeelsavond in de Amsterdamse concertzaal Bellevue (15 december 1949) waar het ten gehore werd gebracht door enkele leden van de toneel- en revueclub van het CBK begeleid door het orkestje The Rhythm Stars. Omdat alle aanwezigen het lied buitengewoon geslaagd achtten werd het tijdens een vergadering van het CBK-bestuur nogmaals uitgevoerd, dit keer alleen met pianobegeleiding van Frits Peijpers. Bij die vergadering ten kantore van het CBK was ook Henny Janssen (1912-1988) aanwezig. Janssen, op dat moment nog reclamechef van De Bijenkorf, was door het CBK benaderd om leiding te gaan geven aan de collectieve reclamecampagne voor bier. Hij bezocht die dag (4 februari 1950) het CBK om kennis te maken met zijn nieuwe broodheren. Janssen was zo gecharmeerd van Bierlied dat hij ter plekke voorstelde om het op grammofoonplaat uit te brengen. Voor de realisatie van dat plan benaderde hij de populaire zanger Max van Praag (1913-1991) en het radiodansorkest Accordeola onder leiding van Jan Gorissen (1917-1988). Op de grammofoonplaat zijn ook de leden van de CBK toneel- en revueclub te horen die het refrein meezingen als zijnde “het koor van het Centraal Brouwerij Kantoor”. Alle 7.000 exemplaren van de grammofoonplaat vonden probleemloos afzet in de horeca. Componist Frits Peijpers vervaardigde nog speciale arrangementen van het lied voor piano, orkest en fanfare, waarvan de bladmuziek bij het CBK verkrijgbaar was. Ook liet het CBK een aantal rolboeken van Bierlied vervaardigen ten behoeve van draaiorgels.
Aangestoken door het succes van Bierlied besloot Henny Janssen een jaar later nogmaals collectieve reclamegelden te investeren in een bierlied. Opnieuw in samenwerking met platenmaatschappij Decca kwam de grammofoonplaat met het lied Drink ’s uit! tot stand. Jan de Cler (1915-2009) was de zanger, tekstschrijver en componist van het lied. De Cler, die met Hup Holland hup (1950) reeds een onsterfelijk voetballied had geschreven, werd op de grammofoonplaat van Drink ’s uit! begeleid door het orkest De Bietenbouwers onder leiding van Ger de Roos (1913-1994). Anders dan bij de eerdere grammofoonplaat koos Henny Janssen niet voor distributie door het CBK en de daarbij aangesloten brouwerijen maar vertrouwde hij erop dat de plaat via de reguliere handelskanalen (platenzaken en warenhuizen) vanzelf wel zijn weg zou vinden naar een geïnteresseerd publiek. Helaas voor Janssen flopte de grammofoonplaat genadeloos, met als gevolg dat Janssen nadien van alle verdere exercities op dit terrein afzag. Ondertussen hadden echter ook de grote brouwerijen weer belangstelling gekregen in het bierlied als reclame-instrument en promotieartikel. Amstel Brouwerij bracht in 1952 een grammofoonplaat uit met het lied Neem ‘r een dat vooral memorabel is vanwege het jachtige en tongbrekende meezingrefrein Neem ’r een, neem ’r een, neem ’r een, neem ’r een, neem een Amstel-bier. Het werd uitgevoerd door het fameuze dansorkest The Ramblers en gezongen door Marcel Thielemans (1912-2003). Uiteraard werd deze grammofoonplaat alleen verspreid onder caféhouders die Amstel op tap hadden. Ongetwijfeld hebben The Ramblers Neem ’r een ook uitgevoerd tijdens optredens in het land, zij het vermoedelijk alleen in horecagelegenheden waar Amstel werd geschonken en op uitdrukkelijk verzoek van de eigenaar van de zaak. Heineken nam voor het maken van een grammofoonplaat met bierliederen in 1954 de Amsterdamse zanger, componist en muziekuitgever Louis Noiret (Louis Schwarz, 1896-1986) in de arm. Noiret, die een jaar later eeuwigdurende roem zou vergaren als componist van het lied Bij ons in de Jordaan, vervaardigde samen met de Rotterdamse tekstdichter Lou de Groot (1895-1985) de nummers Bier… bier… bier! (Heineken’s bierlied) en Heineken’s mars. De grammofoonplaat met beide liedjes is in zoverre interessant dat hier voor het eerst een brouwerij het aandurft om onmatige alcoholconsumptie voor te doen stellen als iets dat acceptabel en sfeerverhogend is. Zo bevat Bier… bier… bier! de oproep Breng er nog één / breng er nog twee / breng er nog drie en zingt Noiret in het refrein van Heineken’s mars dat de bierkraan maar moet blijven open staan want op één been kan ik niet haar huis toe gaan.
Amstel Brouwerij komt de eer toe als eerste Nederlandse brouwerij aan Engelstalig bierrepertoire te hebben gedacht. In 1961 bracht de brouwerij in samenwerking met Philips een plaat uit van de uit Suriname afkomstige calypsozanger Jamaica Johnny onder de titel Amstel beer calypso. Vooral het op deze plaat vastgelegde nummer Beeeer, Amstel beer heeft een bijzonder aanstekelijke melodie. Zoals echter voor wel meer calypsonummers geldt heeft de tekst weinig om het lijf: Beeeer, beeeer, beeeer / bring a bottle heeeere / beeeer, beeeer, beeeer/ it’s Amstel everywheeeere. Tekst en muziek van dit lied waren niet van Jamaica Johnny zelf maar kwamen uit de koker van pianist en componist Melle Weersma (1908-1988). Overigens heeft zanger Jamaica Johnny (pseudoniem van Cornelis Lionel Liefeld, 1919-1993), in een eerder leven matroos van de Koninklijke Marine, het artiestenbestaan al na enkele jaren vaarwel gezegd en is hij nadien onder andere werkzaam geweest in de auto-industrie.
Nadat Henny Janssen eind 1959 zijn verbintenis met het CBK had beëindigd, wist zijn opvolger en voormalige assistent Henk de Klark (1907-1987) bij het CBK-bestuur door te drukken dat er toch weer collectieve reclamegelden werden vrijgemaakt voor enkele grammofoonplaatjes met bierliederen. In het najaar van 1961 verscheen Batje Vier, een lied uitgevoerd door Het Cocktail Trio en gemaakt op een tekst van André Meurs (1925-1981), een voormalig verzetstrijder die na de oorlog in de amusementsindustrie was beland. Batje Vier, bestaande uit vier coupletten en een refrein, is bekender geworden onder de alternatieve titel Leve de man die het bier uitvond. Wie het lied aandachtig beluistert snapt dat Batje Vier – een verbastering van batavier – de zogenaamde uitvinder is van het bier. De alternatieve titel van het lied is ontleend aan de laatste regel van het refrein: Leve de man die het bier uitvond van je hieperdepiep hoera. Dat was eigenlijk ook de enige regel van het lied die het publiek goed kon onthouden en meezingen. Tekstschrijver André Meurs wist niet beter dan dat hij een bewerking had afgeleverd van Charlie Mopps (the man who invented beer), een Australische compositie van Hal Saunders en Ken Taylor (1917-1989). Dat lied was begin 1961 in Sydney op grammofoonplaat uitgebracht en zeer populair geworden in een uitvoering van het Nieuw-Zeelandse tieneridiool Johnny Devlin (1938). Wat Meurs niet wist was dat de Australische arrangeurs en tekstschrijvers zich op hun beurt weer hadden laten inspireren door een anoniem Brits of Iers volksliedje uit de negentiende eeuw, dat gewijd was aan de mythische uitvinder van het bier Charlie Mopps (Our Lord bless Charlie Mopps, the man who invented beer). Hoe dan ook, Batje Vier werd één van de grootste succesnummers van Het Cocktail Trio. Eind 1961, begin 1962 stond Het Cocktail Trio met het nummer wekenlang in de Nederlandse hitlijsten en nadien is Batje Vier door Het Cocktail Trio nog ontelbare malen ten gehore gebracht op de zogenaamde schnabbeltoer. In 1977 werd Batje Vier zelfs ten tweede male door Het Cocktail Trio op single uitgebracht. Eveneens een echte schlager werd het laatste bierlied dat onder auspiciën van het CBK verscheen: Zonder bier geen plezier (1962). Rotterdammer Johnny Hoes (1917-2011) was de zanger en componist van dit lied. Voor de verspreiding van de grammofoonplaat met dit lied werkte het CBK nauw samen met het Bedrijfschap Horeca, dat beschikte over een complete adreslijst van Nederlandse horecabedrijven. Een nog open staande vraag is of het Bedrijfschap Horeca de grammofoonplaat als eindejaarsgeschenk aan alle Nederlandse horecabedrijven heeft doen toekomen of dat horecabedrijven de plaat tegen een gereduceerde prijs konden aanschaffen. Hoe het ook zij, de plaat met dit bierlied werd tijdens het carnaval van 1963 in duizenden Nederlandse café’s grijs gedraaid. Veel hoogbejaarden van tegenwoordig kunnen grote delen van het lied nog altijd moeiteloos meezingen. Zonder bier, geen plezier / zonder bier, geen vertier / want waar je ook komt hoor je steeds dit refrein: / bier moet er wezen, bier moet er zijn / want een mens raakt zijn zorgen pas kwijt / met een lekker glas bier op zijn tijd.
Met Johnny Hoes zijn we aanbeland bij de man die meer dan wie ook heeft bijgedragen aan de vulgarisering van het Nederlandse bierlied. Deze ontwikkeling begon zoals reeds vermeld in de jaren zestig en heeft bewerkstelligd dat het bierlied vrijwel volledig binnen het domein van de carnavalskrakers kwam te liggen. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat de grote Nederlandse brouwerijen bereidwillig aan deze ontwikkeling hebben meegewerkt. Amstel Brouwerij ging in de jaren zestig een innige samenwerking aan met Telstar (Weert), de door Hoes in 1963 opgerichte platenmaatschappij die zich hoofdzakelijk toelegde op smartlappen, levensliederen, schalkse fuifnummers en carnavalskrakers. De samenwerking tussen Amstel en Telstar leidde tot nummers als ’n Lekker glaasje Amstel bier (1968), Als ’t water in de Maas nou toch ’s bier was (1968) en En we drinken tot we zinken! (1969). De ratio achter de samenwerking tussen Amstel en Hoes was vermoedelijk gelegen in het feit dat Amstel een groot cafébestand en een verhoudingsgewijs hoge afzet in Limburg had, een afzet die bovendien piekte in carnavalstijd. Ook Heineken liet zich niet onbetuigd. De grootste brouwerij van Nederland bracht in 1972 een grammofoonplaatje uit van De Meestampers met het lied O, Heineken. In zijn soort is dit lied, gecomponeerd door Jack de Nijs (1941-1997), net een tikkeltje geraffineerder dan de bierliederen uit de koker van Johnny Hoes. Het heeft net wat meer vaart en in sommige regels van het refrein zit een halve tel pauze, waar al te enthousiaste of beschonken meezingers gemakkelijk over kunnen struikelen – tot hilariteit uiteraard van degenen die wel bij de les blijven. Want er was Heineken / O, Heineken bier / met Heineken, volop plezier / Het was een heel vat dat ik voor me kreeg / Dat dronk ik tot de allerlaatste druppel leeg / O, Heineken is je van het / met Heineken, de lol en pret / andere dranken interesseren ons geen zier / we dronken enkel Heineken, Heineken, Heineken bier.
Waar Amstel en Heineken het tamelijk platvloerse Hollandse feestlied omarmden, brachten de Verenigde Nederlandse Brouwerijen Breda-Oranjeboom eind jaren zestig nog een liedje uit van de oude, meer beschaafde stempel. Begeleid door een studio-orkest met achtergrondkoortje bracht een nog jonge Patricia Paay (1949) een ode aan het biermerk Skol in de zogenaamde Skol International tune. Het lied werd opgenomen in de Blaricumse Soundpush Studio van Frans Mijts (1938), die ook verantwoordelijk was voor tekst en melodie. De Engelse tekst had weinig om het lijf (Skol International beer is here, fresh and clear) maar des te aanstekelijker was de bossa nova-achtige melodie. Het internationale biermerk Skol was medio 1966 door de Rotterdamse Oranjeboom-brouwerij op bescheiden schaal in Nederland geïntroduceerd. De Skol International tune is vermoedelijk in 1968 opgenomen om te worden uitgezonden door de commerciële piratenzender Radio Veronica. Aanvankelijk bestond er alleen een bandopname van het lied. Nadat Oranjeboom per 1 januari 1969 was gefuseerd met bierbrouwerij De Drie Hoefijzers (Breda) werd op last van het Britse moederconcern Allied Breweries het biermerk Skol prominenter naar voren geschoven. In het kader daarvan werd besloten de Skol International tune ook op plaat uit te brengen. Bijzonder was dat de Skol International tune niet werd uitgebracht op een gewone grammofoonplaat maar op een zogenaamd Sonopresse-plaatje, vervaardigd van dun flexibel kunststof. Het bedrijf dat deze plaatjes onder Franse licentie produceerde bevond zich slechts op een paar honderd meter afstand van de Oranjeboom-brouwerij. Jammer genoeg is niet bekend in welke oplage het Sonopresse-plaatje is geperst en verspreid maar aangezien de kostprijs van dergelijke plaatjes laag was mag worden aangenomen dat het om grote aantallen ging.
Het bierlied dat waarschijnlijk het vaakst door Nederlandstalige artiesten op grammofoonplaat, cd of andere geluidsdrager is gezet is In de hemel is geen bier. Variétéartiest en televisiekomiek Dorus (pseudoniem van Tom Manders, 1921-1972) had het op zijn repertoire en boekte er in 1971 een bescheiden carnavalshit mee. De bekendste regels van het lied luiden: Want in de hemel is geen bier / daarom drinken wij het hier / Ik ga vandaag geen eten kopen / Zet de tapkraan maar vast open. Een tekstueel aanzienlijk simpeler versie werd in 1962 door Johnny Hoes op de plaat geslingerd. Hoes zong het lied niet zelf maar liet het vertolken door de Bossche carnavalszanger Karel Thiel (1929-2021), die in het dagelijks leven eigenaar was van een grammofoonplatenzaak. Misschien ook nog wel aardig om te vermelden is dat Thiel in later jaren samen met Hoes een poosje een gelegenheidsduo heeft gevormd onder de toepasselijke naam Duo Pils. Drie jaar nadat Thiel In de hemel is geen bier aan het vinyl toevertrouwde, deden ook De Wilmari’s dat. De uitvoering door dit zingende Eindhovense echtpaar (Wim van Boerdonk, 1934-1985 en Martha van Heuven, 1936-2011) was nagenoeg identiek aan die van Thiel. Na Thiel en De Wilmari’s zou het lied door nog zeker een dozijn andere Nederlandse feestzangers en carnavalsduo’s worden gecoverd. Je zou dus bijna denken dat In de hemel is geen bier een lied van Nederlandse oorsprong en makelij is maar dat blijkt allerminst het geval. Het lied werd in 1962 voor de eerste maal op grammofoonplaat gezet door de Vlaamse zanger, horeca-ondernemer en voormalige onderwijzer Tony Geys (1926-2021). Geys is ook degene die de oorspronkelijke tekst geschreven heeft, zij het niet onder eigen naam maar onder het pseudoniem Herman Kempen. Verantwoordelijk voor de melodie was Achiel Van Wichelen (1913-1981), een saxofonist die onder de artiestennaam Willy Rockin leiding gaf aan een bekend Belgisch dansorkest dat in de jaren dertig, veertig en vijftig ook af en toe in Nederland optrad en dat zeker niet voor The Ramblers onderdeed. De oorspronkelijke producent van het nummer was Albert Van Hoogten, oprichter van de Brusselse platenmaatschappij Ronnex Records. Onder het pseudoniem A. Varo wordt ook Van Hoogten soms bij de auteursrechthebbenden vermeld. De Vlaamse oerversie van In de hemel is geen bier, gezongen door Tony Geys, is onder licentie van Ronnex ook in Nederland uitgebracht door platenmaatschappij Artone. Die versie deed echter hoegenaamd niets. Pas nadat het lied door Johnny Hoes onder handen was genomen werd het in Nederland een succes.
Een ander bierlied dat via Vlaanderen ook in Nederland enige bekendheid heeft verworven is Café zonder bier. De Vlaamse zingende cowboy Bobbejaan Schoepen (1925-2010) zong dit droefgeestige lied in 1959 naar de top van de Belgische hitlijsten. De opbrengsten van het lied werden door Schoepen aangewend voor de aankoop van een perceel grond in Lichtaart, waar een paar jaar later het pretpark Bobbejaanland zijn deuren zou openen voor het publiek. De Antwerpse kleinkunstenaar Louis Geuvens (1914-2003) was verantwoordelijk voor de tekst van Café zonder bier. Producent van het lied was Jacques Kluger (1912-1963), de muziekuitgever en platenproducent die ook de ontdekker en manager was van Bobbejaan Schoepen. Overigens stond Geuvens niet onder zijn eigen naam vermeld op platenhoes en -etiket maar onder het pseudoniem Et. Lans-Van Aleda. Voor Café zonder bier hadden de Vlaamse producent en tekstschrijver leentjebuur gespeeld bij A pub with no beer, een lied waarmee de Australische zingende cowboy Slim Dusty (1927-2003) in 1957-1958 een enorme hit had in zijn thuisland alsmede in Groot-Brittannië en Ierland. De originele compositie en tekst van A pub with no beer zijn van de hand van de Australische singer-songwriter Gordon Parsons (1926-1990), die zich naar eigen zeggen had laten inspireren door een gedichtje van een boer uit Queensland. Net als Slim Dusty behaalde ook Bobbejaan Schoepen met het nummer internationaal succes. Met een Duitstalige versie van het lied boekte Bobbejaan in 1960 een flinke hit in West-Duitsland en Oostenrijk, zij het dat in die versie een geheel ander probleem werd bezongen dan in het origineel (Ich steh’ an der Bar und ich habe kein Geld). Opmerkelijk genoeg liep het Nederlandse publiek destijds niet echt warm voor Café zonder bier. In 1959 werd zowel de Vlaamse versie gezongen door Bobbejaan Schoepen hier op grammofoonplaat uitgebracht (door de Amsterdamse platenmaatschappij Dureco) als een tekstueel licht gewijzigde versie gezongen door Max van Praag (uitgebracht door Philips). Dat Van Praags vertolking niet aansloeg zal te maken hebben gehad met het feit dat deze keurige charmezanger niet bepaald de meest voor de hand liggende artiest was om een folkloristisch cowboyliedje te brengen. En wat Schoepens vertolking betreft, die was op de keper beschouwd toch net wat te Vlaams met woorden als mazoetvuur, pompier en rijkswacht. Dat ik Café zonder bier hier toch wil vermelden is omdat het lied in de loop der jaren verschillende uitvoerenden heeft geïnspireerd tot nieuwe coupletten en parodieën. De uit Raamsdonksveer afkomstige band WC Experience heeft bijvoorbeeld in 2007 een nagenoeg geheel eigen versie uitgebracht op cd met onder ander het volgende couplet: Un treurig verhaal vur wie ut nie wist / ik hè pas geleje tege schrikdroad gepist / ik deej unnen breekdens van zeuve kwartier / mar das nog nie zo errug as een café zonder bier. De band uit Raamsdonksveer heeft trouwens ook bierliederen op het repertoire met een meer carnavalesk karakter zoals Dertig bier geleeje (2004) en Tachenevaiftig fusjes (2013).
Geen echt bierlied maar meer een parodie daarop was Ik wil geen bier maar karnemelk, waarmee het door Wim T. Schippers bedachte televisietypetje Ir. Evert van der Pik in 1975 zowaar een carnavalskraker scoorde. Van der Pik, een vreselijk vals zingende houten klaas gespeeld door acteur Jaap Bar (1917-2008), bracht het lied voor het eerst ten gehore in een aflevering van het legendarische televisieprogramma Van Oekel’s Discohoek, uitgezonden door de VPRO op 4 februari 1975. De tekst van Ik wil geen bier maar karnemelk was van Jacques Plafond, een alter ego van Wim T. Schippers. Tekst en melodie van Ik wil geen bier maar karnemelk waren geënt op een Engelstalige zomerhit uit 1974 waarin bier het eveneens moest opnemen (of beter gezegd afleggen) tegen een andere drank: Beer or sangria. Componist en tekstschrijver van dat laatste lied was Eddy Ouwens (1946) onder het leutige dubbelpseudoniem H. Vermout / D. McRonald. Met Ik wil geen bier maar karnemelk heeft Wim T. Schippers ongetwijfeld willen demonstreren dat het bepaald geen kunst is om een carnavalskraker te maken. Een deraillerende tekst en enigszins afwijkende presentatie volstonden in dit geval. Door het triviale te paren aan het absurde slaagde Schippers erin een lied te creëren dat zich bij oppervlakkige beschouwing voordeed als anti-bierlied maar dat in zijn hoedanigheid als carnavalskraker natuurlijk juist bedoeld was om door bierdrinkers te worden meegebruld. Lekker dubbelzinnig dus.
Ook geen echt bierlied in mijn ogen, maar door sommigen wel als zodanig beschouwd, is het eveneens in 1975 verschenen ’t Kleine café aan de haven van Vader Abraham/Pierre Kartner (1935). Niet te ontkennen valt dat bier in sommige coupletten van dit lied prominent aanwezig is: De wereldproblemen die zijn tussen twee glazen bier opgelost voor altijd / Op de rand van een bierviltje staat daar je rekening of je staat in het krijt. Vader Abraham bezingt echter nergens in zijn lied de geneugten van het bier. Daarom meen ik dat dit lied veeleer moet worden opgevat als een nostalgische ode aan het kleine buurtcafé. Een bierlied van veel recenter datum dat op een andere manier net zo dubbelzinnig is als dat van Wim T. Schippers is Daar mot een biertje in (2016) van feestzanger Johnny Gold, pseudoniem van Kees Verlee (1961), uit Almkerk. Feitelijk is dit de gekuiste versie van een carnavalslied waarvan de titel, meezing- en refreinregel luidt Daar mot een piemel in. In het lied wordt ouwe vrijsters en lesbiënnes uit de stad te verstaan gegeven dat er maar één effectieve methode is om te integreren op het platteland, namelijk… U raadt het al. Verlee lanceerde zijn carnavalsnummer in november 2016 en plaatste in verband met Sinterklaas meteen maar een separaat filmpje op YouTube waarin Sylvana Simons op de korrel werd genomen. Haar afschuw van Zwarte Piet zou volgens Verlee zogenaamd voortvloeien uit het gegeven dat ze al jaren droog staat en dus… U raadt het wederom. Verlee kreeg zoveel boze reacties op dit laatste filmpje dat van het carnavalslied een gekuiste versie werd uitgebracht: piemel werd biertje. Het heeft er verdacht veel van weg dat Verlee het hele relletje opzettelijk heeft gecreëerd om aandacht op zichzelf te vestigen en zodoende volgeboekt te raken met carnaval. Wat mij betreft is Daar mot een biertje in zo´n beetje het toppunt van platvloerse wansmaak.
Wat is tenslotte het beste Nederlandse bierlied van de afgelopen honderd jaar? Of laat ik de vraag wat meer toespitsen: wat is het beste bierlied dat in opdracht van een Nederlandse brouwerij of ten behoeve van de Nederlandse brouwnijverheid is geschreven en gecomponeerd? Neemt U het mij heel kwalijk als ik beide vragen onbeantwoord laat? Ik ruil al die Nederlandse bierliederen, zelfs de meer beschaafde, graag in voor één compositie die werkelijk de muzikale middelmaat ontstijgt. De compositie waar ik op doel is weliswaar geen lied, maar doet beslist miljoenen Nederlanders van boven de veertig onmiddellijk aan bier denken zodra ze de eerste noten horen. Over welke compositie ik het heb? Het barokconcert voor hobo en orkest (1968) van Clous van Mechelen (1941), in opdracht van Grolsch vervaardigd voor de reclamecampagne Vakmanschap is meesterschap. Van zijn compositie heeft Van Mechelen trouwens op speciaal verzoek van Grolsch-directeur Gerard Brummer (1918-1975) ook een suite voor luit in renaissancestijl alsmede een soul-, een jazz- en een popversie gemaakt. Allemaal zeer het beluisteren waard.
© Peter Zwaal, 2017, 2018, 2021, 2022
Dit artikel betreft de ingrijpend gewijzigde en uitgebreide versie van een artikel dat oorspronkelijk verschenen is op de website www.nederlandsebiercultuur.nl, 16 oktober 2017. Deze versie is gepubliceerd in het tijdschrift van de vereniging van verzamelaars van historische geluidsapparatuur en geluidsdragers De Weergever 45 (2023) 1 (februari) p.11-28.
Rinus Blijleven verdient dank voor het aandragen van diverse liederen die aan mijn aandacht waren ontsnapt en voor het aanleveren van diverse scans van platenlabels. De in het artikel genoemde bierliederen en composities zijn te vinden op de volgende geluidsdragers:
Amstel Beer Calypso [More beer! & Beeeer, Amstel beer] / Jamaica Johnny [= Johnny Liefeld] (Baarn : Philips, 1961) [399 146 DF] https://www.youtube.com/watch?v=ZRNojxbBCwE
Amstellied 1 & Amstellied 2 / Bob Scholte (Amsterdam : Amstel Brouwerij / Amsterdam : Studio Van Wouw, 1938) [AMSD 1 & AMSD 2] * https://www.youtube.com/watch?v=TtS2eZUbNG8
Als ’t water in de Maas toch ’s bier was / Johnny Hoes. Op de LP: We hebben dorst! : 28 vrolijke drinkliedjes / Johnny Hoes e.a. (Weert : Telstar, 1968) [TS 5015 TL]https://www.youtube.com/watch?v=sLcExe4Nw6g
Batje Vier (de uitvinder van het bier) & Kun je nog zingen / Het Cocktail Trio o.l.v. Ad van de Gein (Amsterdam : Omega [= Dureco], 1961) [9-35.318] **
Batje Vier & Kangoeroe eiland / Het Cocktail Trio (Weert : Telstar, 1977) [TS 2333 FF] ** https://www.youtube.com/watch?v=yKpcmONJKdM
Beer or sangria & Do do do / Circus (Heemstede : Negram, 1974) [NG 439] https://www.youtube.com/watch?v=plXClRVg3qI
Bier… bier… bier! (Heineken’s bierlied) & Heineken’s mars / Louis Noiret [= Louis Schwarz] en het brouwerskoor en orkest o.l.v. Julius Susan (Amsterdam : Heineken’s Bierbrouwerij Maatschappij / Amsterdam : Dureco, 1954) [DU 1135 & 1136] https://www.youtube.com/watch?v=weOMzXmmr48
Bierlied & Variatie (polka) / Max van Praag en het koor van het Centraal Brouwerij Kantoor met begeleiding van Accordeola o.l.v. Jan Gorissen (Amsterdam : CBK / Hilversum : Decca, 1950)
[M 32878] *** https://www.youtube.com/watch?v=kLGIXcItsns
Blik bier (you are beautiful) / Guus & Meeuwis (2007) https://www.youtube.com/watch?v=5_LcFlTNopA
Bokbier & De vrouw na 100 jaar / Maurice Dumas [= Maurice Bonavang] (Berlijn : International Talking Machine Co., 1904) [Odeon Record ; 202 & 506)
Café zonder bier & ‘k Weet al lang / Bobbejaan Schoepen met Lou Logist en zijn orkest (Amsterdam : Omega [= Dureco], 1959) [9-22.963] https://www.youtube.com/watch?v=kLC06_TM1Yk
Café zonder bier & Geef mij maar m’n duiven / Max van Praag en het orkest o.l.v. Jan Gorissen (Baarn : Philips, 1959) [318 266 PF]
Café zonder bier / WC Experience. Op de CD: Ruwe mix (Raamsdonksveer : Royal Flush, 2007) [TE 6210]
Daar mot een biertje (piemel) in / Johnny Gold [= Kees Verlee] (Zundert : Vincent Produkties, 2016) https://www.youtube.com/watch?v=yx-jYn2IryQ ; https://www.youtube.com/watch?v=OVa-mApCKdM
De zeurpiet (Wie zeurt krijgt een …) / St. NicoGold [= Kees Verlee] (Zundert : Vincent Produkties, 2016) https://www.youtube.com/watch?v=J_78HW8V06Q
Dertig bier geleeje / WC Experience. Op de CD: Watt’n balle (Raamsdonksveer : Royal Flush, 2004) [TE 6180] https://www.youtube.com/watch?v=p65-LKiDSJI
Drink ’s uit & Drinkliederen-potpourri / Jan de Cler en De Bietenbouwers o.l.v. Boer Bier [= Ger de Roos] met zang van marketensters en musketiers (Hilversum : Decca, 1951) [M 33109]
En we drinken tot we zinken! & Krijg je soms een kale kop / Johnny Hoes en De Feestneuzen (Weert : Telstar, 1969) [TS 1443 TF] https://www.youtube.com/watch?v=un83lNC-YuE
Er valt ’n traan in mijn bier & Zo is ’t zeemansleven / Nico Haak (Weert : Telstar, 1989) [TSI 4743] https://www.youtube.com/watch?v=ipVFCyJUJOQ
Grolsch going baroque … and soul / Clous van Mechelen (Enschede : Grolsche Bierbrouwerij / Baarn : Philips, 1969) [113 587 V] https://www.youtube.com/watch?v=3WZTrrGJoYY
Het Heineken’s bierlied / Piet Muyselaar (Amsterdam : Heineken’s Brouwerij Maatschappij / Amsterdam : Studio Van Wouw, 1937) [RA-1] * https://www.youtube.com/watch?v=HULKIbDQVc4
Ik wil geen bier maar karnemelk & Is iedereen aanwezig / Ir. Evert van der Pik [= Jaap Bar] (Heemstede : Negram, 1975) [NG 485] https://www.youtube.com/watch?v=fh1VPXF1XeI
In de hemel is geen bier & Wij drinken (tot dat ’t op is) / Tony Geys en het ensemble Henri de Haas (Haarlem : Artone, 1962) [RX 24.097] https://www.youtube.com/watch?v=9LKMxJnHaPI
In de hemel is geen bier & Ik wil nog niet naar moeder / Karel Thiel met koor en orkest van Frans Kerkhof (Baarn : Philips, 1962) [318 626 PF]
In de hemel is geen bier & Kermiswals / De Wilmari’s [= Wim van Boerdonk en Martha van Heuven] (Baarn : Fontana, 1965) [YF 278 079]
In de hemel is geen bier & Dat doe ik alleen om jou te vergeten / Dorus [= Tom Manders] met koor en orkest o.l.v. Jan Theelen (Baarn : Philips, 1970) [6012 082]
https://www.youtube.com/watch?v=ftGoP3_pQp8
’t Kleine café aan de haven & Als we oud zijn en versleten / Vader Abraham [= Pierre Kartner] (Amsterdam : Elf Provinciën [= Dureco], 1975) [ELF 65.019]
https://www.youtube.com/watch?v=U3k4HcvCOS4
’n Lekker glaasje Amstel bier & Ik kan geen lege glazen zien / Johnny Hoes en De Feestneuzen (Weert : Telstar, 1968) [LP 1066] https://www.youtube.com/watch?v=iI-paNarVLg
Neem ’r een & Lust in je leven! / The Ramblers o.l.v. Theo Uden Masman met zang van Marcel Thielemans (Amsterdam : Amstel Brouwerij / Hilversum : Decca, 1952) [D 99064 & D 99065]https://www.youtube.com/watch?v=JYOON9HmJrw
O, Heineken & Ik kan d’r niks an doen / De Meestampers (Roosendaal : Planet Music, 1972) [PL 2000] https://www.youtube.com/watch?v=bbJULzUTZL4
Oranjeboom-marsch & Oranjeboom-drinklied / Willy Derby [= Willem Dieben] met dubbelmannenkwartet en begeleiding door Joop de Leur (Rotterdam : Brouwerij d´Oranjeboom / Hilversum : Parlophone, 1937) [17939] https://www.youtube.com/watch?v=MyWNekFuO7A
Skol International tune & bossa nova / Patricia Paay [met het orkest Frans Mijts en achtergrondzanggroep The Hearts of Soul] (Rotterdam : Verenigde Nederlandse Brouwerijen Breda-Oranjeboom / Rotterdam : Sonopresse], 1969) [SHOL 916] https://www.youtube.com/watch?v=dTfCxZnVpKw
Tachenevaiftig fusjes / WC Experience. Op de CD: Pak aon (Raamsdonksveer : Broer Peer Entertainment, 2013) https://www.youtube.com/watch?v=2XbDnuV3QDs
Vakmanschap is meesterschap : thema met variaties / Clous van Mechelen (Enschede : Grolsche Bierbrouwerij / Amsterdam : Paul Huf Film Associates / Baarn : Philips, 1974) [6810 407]https://www.youtube.com/watch?v=T66RkkAEH3g [jazz], https://www.youtube.com/watch?v=LtRVHC72Qm8 [soul], https://www.youtube.com/watch?v=ZA-XOfO-jDs [pop],
https://www.youtube.com/watch?v=CHTrGUq5pMo [renaissance: luit], https://www.youtube.com/watch?v=jZpiePOQxNI [barok: hoorn]
ZHB-bier / Lou Bandy [= Lodewijk Dieben] met orkestbegeleiding (Den Haag : Zuid-Hollandsche Bierbrouwerij / Amsterdam : Studio Frank, 1936)
https://www.youtube.com/watch?v=s-D21GLoYag
Zonder bier geen plezier & Maak van je vrouwtje geen Assepoes / Johnny Hoes met het orkest o.l.v. Ger Daalhuisen (Baarn : Philips, 1962) [318 817 PF]
https://www.youtube.com/watch?v=IblJW4E4S-w
* Amstellied en Heineken’s bierlied zijn ook te vinden op de compilatie-CD: Wat een meisje weten moet : reclameklassieken / samenst. Harry Coster, Maarten Eilander, Rinus Blijleven (Amsterdam : Theater Instituut Nederland, 1999) [FAV 1-95204]
** Batje Vier is ook te vinden op de compilatie-CD: Cocktail Trio / samenst. Hans Gouweloos (Weesp : Dureco, 1999) [11 65142]
*** Bierlied is ook te vinden op de compilatie-CD: Max van Praag / keuze van Annie de Reuver (Oud-Beijerland : Weton-Wesgram, 2011) [NN015]