In februari 2004 ben ik in opdracht van de Commissie Frisdranken en Waters begonnen met het inventariseren van de archiefbescheiden van haar rechtsvoorganger, het Bedrijfschap Frisdranken en Waters. Ik kende die archieven goed want ik had over de geschiedenis van dat opgeheven bedrijfschap een boekje geschreven. Dat ik ruim anderhalf jaar nadat dat boekje was verschenen nogmaals alle archiefbescheiden van het Bedrijfschap Frisdranken en Waters door mijn handen moest laten gaan, vloeide voort uit een actie van de Erfgoedinspectie (toen nog Rijksarchiefinspectie geheten).
Deze had geconstateerd dat het Productschap Dranken, waaronder de Commissie Frisdranken en Waters sinds juli 2002 ressorteerde, beheerder was van bijna 300 strekkende meter archiefmateriaal. Dat materiaal was niet alleen afkomstig van het Bedrijfschap Frisdranken en Waters maar ook van de drie andere ‘schappen’ die in het Productschap Dranken waren opgegaan: het Productschap Bier, het Productschap voor Gedistilleerde Dranken en het Bedrijfschap Slijters. De archieven van deze publiekrechtelijke bedrijfsorganen vielen formeel onder het regime van de Archiefwet 1995. Van een regelmatige overbrenging van ‘statisch’ archiefmateriaal naar het Nationaal Archief was echter geen sprake. Sterker nog: drie van de vier publiekrechtelijke bedrijfsorganen die in het Productschap Dranken waren opgegaan hadden nog nooit enig archiefmateriaal overgebracht! Voorts werd door de Erfgoedinspectie geconstateerd dat er ten kantore van het Productschap Dranken in Rotterdam niet met officieel vastgestelde beheersregels noch met een officieel vastgestelde selectielijst werd gewerkt. Het enige officiële houvast op het vlak van archiefbeheer vormde een stokoude vernietigingslijst. Die uit 1979 daterende vernietigingslijst bleek overigens nergens op het kantoor te vinden en de secretaris van het Productschap Dranken (die formeel verantwoordelijk was voor het archiefbeheer) had er zelfs nog nooit van gehoord. Om een lang verhaal kort te maken: als het op archivering aankwam handelde de secretaris volledig naar eigen inzicht en van de verplichtingen voortvloeiend uit de Archiefwet had hij geen enkel benul.
Om de Erfgoedinspectie tevreden te houden besloot de secretaris echter werk te gaan maken van het archiefbeheer en hij vroeg mij als buitenstaander om dat karwei op me te nemen. Wat ik als eerste heb gedaan is een rondgang gemaakt langs de verschillende archiefbewaarplaatsen. Want het Productschap Dranken zetelde dan wel in Rotterdam maar de daaronder ressorterende commissies hadden elk hun eigen huisvesting inclusief archiefbewaarplaats behouden. Ik kende uiteraard de archiefbewaarplaats van de Commissie Frisdranken en Waters in Rotterdam. Dat was een met een kaal gloeilampje verlichte souterrainruimte die ook voor de opslag van oude tijdschriften, de stofzuiger en een voorraad toiletpapier werd gebruikt. De archiefbewaarplaatsen die ik aantrof in Schiedam (Commissie Gedistilleerd) en Amsterdam (Commissie Bier) stemden mij niet veel vrolijker. Ook dat waren ruimtes – in beide gevallen gesitueerd op zolder – die eigenlijk niet de naam archiefbewaarplaats verdienden. Bij de Commissie Slijters (net verhuisd van Rijswijk naar Rotterdam) kon ik de archiefbewaarplaats zelfs niet in ogenschouw nemen. De secretaris van die Commissie liet weten dat de helft van de verhuisdozen nog niet eens was uitgepakt, laat staan het archief. En o ja, er waren wegens ruimtegebrek ook nog wat verhuisdozen met archiefmateriaal “in bewaring” gegeven bij de Commissie Gedistilleerd. In bewaring gebleven bleek: neergezet op zolder, zonder bijbehorende inventarislijst.
Vervolgens heb ik getracht een projectgroepje op poten te zetten met medewerkers uit alle vier de betrokken Commissies die zich zouden gaan buigen over de archiverings- en overbrengingsproblematiek. Het is bij één vergadering gebleven. Niemand bleek tijd te hebben voor de arbeidsintensieve werkzaamheden die noodzakelijkerwijs voorafgaan aan overbrenging van archiefbestanddelen: de zorgvuldige selectie van het materiaal (aan de hand van die officiële vernietigingslijst uit 1979), het gereed maken van het materiaal (ontdoen van nietjes, paperclips, plastic ringbanden en wat dies meer zij), het omverpakken van het materiaal (in zuurvrije mappen en archiefdozen) en het nauwgezet beschrijven van het materiaal. Ook mijn voorstel om te komen tot uniforme beheersregels viel niet in vruchtbare aarde: iedereen bleek sterk te hechten aan de eigen werkwijze en weinig te voelen voor implementatie van op schrift gestelde regels. We hebben het altijd zo gedaan, laat ons alsjeblieft – dat was zo’n beetje de teneur.
In overleg met de secretaris van het Productschap Dranken is daarop besloten om geen prioriteit te geven aan de archiverings- en overbrengingsproblematiek totdat de Erfgoedinspectie wederom aan de bel zou trekken. In het jaarlijkse enquêteformulier dat de Erfgoedinspectie aan het Productschap Dranken zond werd telkenmale braaf gemeld dat de archiverings- en overbrengingsproblematiek de aandacht had van de secretaris. In werkelijkheid gebeurde er echter weinig. Alleen de archiefbescheiden van het Bedrijfschap Frisdranken en Waters (1959-2002) ondergingen als gezegd een selectie en werden door mij in principe gereed gemaakt voor overbrenging (2004). Op het moment dat de Erfgoedinspectie zich weer zou melden, diende dat archiefbestanddeel als bewijs van inzet en goede wil.
Maar vanaf 2008 begon alles te schuiven. Aan de eendrachtige samenwerking van de vier commissies binnen het Productschap Dranken kwam een einde doordat eerst de Commissie Bier zichzelf besloot op te heffen (januari) en vervolgens de Commissie Slijters aankondigde uit het productschap te willen treden (oktober). Voorts verhuisde het secretariaat van het Productschap Dranken van Rotterdam naar Schiedam (juni 2008). In de jaren die volgden werd steeds duidelijker dat niet alleen het Productschap Dranken ten dode was opgeschreven maar ook de publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie als zodanig. Geconfronteerd met hun naderende einde zagen de diverse Commissies van het Productschap Dranken in dat een inhaalslag noodzakelijk was op het gebied van archivering. Ook de Erfgoedinspectie meldde zich (december 2010) en begon aan te dringen op spoed. Onder druk van de Erfgoedinspectie werd op 5 juli 2011 zelfs een officieel Besluit beheersregels archiefbescheiden Productschap Dranken uitgevaardigd, waarin onder meer werd vastgelegd dat een ontwerp-selectielijst zou worden opgesteld ter vervanging van de vernietigingslijst uit 1979. De (nieuwe) secretaris van het Productschap Dranken, belast met het opstellen van deze ontwerp-selectielijst, gaf evenwel de voorkeur aan een bewerking van de diverse archieven volgens de bestaande vernietigingslijst. In het zicht van de finish nog vergadertijd spenderen aan een ontwerp-selectielijst beschouwde hij als onzinnig.
Voor de bewerking van de diverse archieven en archiefbestanddelen deed de secretaris van het Productschap Dranken een beroep op mij. Wat daarbij een rol speelde was dat bij geen van de onder het Productschap ressorterende Commissies meer personen werkzaam waren die speciaal belast waren met archiefwerkzaamheden. De personen met wie ik in 2004 het projectgroepje had willen oprichten waren inmiddels allemaal ontslagen of uit dienst getreden. Tussen april 2008 en september 2014 heb ik in etappes en op diverse locaties in Rotterdam, Schiedam en Den Haag in totaal bijna 350 meter archiefmateriaal doorgenomen. Na selectie en bewerking resteerde een archief met een omvang van ruim 68 meter. Dit archief werd op 27 juli 2015 overgedragen aan de Vereffeningsorganisatie Voormalige PBO (Zoetermeer). Laatstgenoemde organisatie heeft vervolgens zorg gedragen voor overbrenging naar het Nationaal Archief.
Bij die overbrenging heeft het Nationaal Archief wel een significante ingreep gedaan op de door mij aangebrachte ordening. Waar ik er bij de bewerking voor gekozen had om de archiefbestanddelen van de vier Commissies samen te voegen met die van de vier daaraan voorafgaande product- en bedrijfschappen, heeft het Nationaal Archief er juist voor gekozen deze archiefbestanddelen te groeperen onder die van het Productschap Dranken. Om formele redenen begrijp ik waarom dat is gebeurd maar vanuit organisatorisch-historisch en inhoudelijk oogpunt meen ik dat de door mij aangebrachte ordening toch te prefereren was. Nagenoeg alle activiteiten die door de Commissies werden ontplooid vloeiden namelijk voort uit activiteiten die reeds door de oorspronkelijke product- en bedrijfschappen waren ondernomen. Daardoor waren de meeste archiefreeksen van de Commissies simpelweg voortzettingen van archiefreeksen die gevormd waren door het Bedrijfschap Frisdranken en Waters, het Productschap voor Gedistilleerde Dranken, het Productschap Bier en het Bedrijfschap Slijters. De door het Nationaal Archief geprefereerde archiefordening heeft nu een knip in die archiefreeksen aangebracht. Uiteraard heeft deze ingreep ook geleid tot een omnummering van heel veel van de door mij toegekende inventarisnummers.
Hieronder kunnen zowel de inventarissen worden aangetroffen zoals die door mij in 2015 zijn aangeboden aan de Vereffeningsorganisatie Voormalige PBO als de inventarissen zoals die in 2018 en 2019 zijn vastgesteld door het Nationaal Archief. De reden dat ik ook de thans in onbruik geraakte inventarissen op mijn website laat staan is omdat in deze inventarissen veel uitvoeriger wordt ingegaan op de geschiedenis van de betrokken archiefvormers.
© Peter Zwaal, 2015, 2018, 2020
Inventaris BFW en CFW/PD 1941-2014
Bedrijfschap Frisdranken en Waters (BFW) & Commissie Frisdranken en Waters van het Productschap Dranken (CFW/PD)
- bestaansjaren 1959-2002 (BFW) en 2002-2014 (CFW/PD)
- vestigingsplaatsen: Rotterdam (1959-2008) en Den Haag (2008-2014)
- archiefbescheiden aangetroffen uit de periode 1941-2014
- werkzaamheden uitgevoerd in 2 etappes (archiefdeel BFW en archiefdeel CFW/PD)
- selectie en voorbereiding etappe 1: februari t/m juli 2004
- bewerking en inventarisatie etappe 1: april t/m juni 2008
- selectie en voorbereiding etappe 2: juni 2014
- bewerking en inventarisatie etappe 2: juni t/m augustus 2014
- archiefomvang ingedikt van 47 naar 12 meter (97 archiefdozen)
Deze archivalia kunnen sinds 10 juni 2019 worden geraadpleegd in het Nationaal Archief (archiefnummer 2.25.95). Het Nationaal Archief heeft er als gezegd voor gekozen het archiefdeel van de CFW/PD niet te incorporeren in het archief van rechtsvoorganger BFW maar dit archiefdeel toe te voegen aan het archief van het PD (archiefnummer 2.25.100).
Zie: http://www.gahetna.nl/archievenoverzicht/pdf/NL-HaNA_2.25.95.ead.pdf
Inventaris RGD, VGD, PGD, CG/PD e.a. 1917-2014
Rantsoeneringsbureau voor Gedistilleerde Dranken (RGD), Vakorganisatie Gedistilleerde Dranken (VGD), Productschap voor Gedistilleerde Dranken (PGD) & Commissie Gedistilleerd van het Productschap Dranken (CG/PD) alsmede verwante publiek- en privaatrechtelijke organisaties
- bestaansjaren 1941-1946 (RGD), 1944-1955 (VGD), 1954-2002 (PGD) en 2002-2014 (CG/PD)
- vestigingsplaatsen: Schiedam (1941-2009) en Den Haag (2009-2014)
- archiefbescheiden aangetroffen uit de periode 1917-2014
- werkzaamheden uitgevoerd in 3 etappes (archiefdeel RGD, VGD & PGD; archiefdeel verwante publiek- en privaatrechtelijke organisaties; archiefdeel CG/PD)
- selectie en voorbereiding etappe 1: april t/m september 2009
- bewerking en inventarisatie etappe 1: juli t/m december 2011
- selectie en voorbereiding etappe 2: mei 2012
- bewerking en inventarisatie etappe 2: mei t/m december 2012
- selectie en voorbereiding etappe 3: januari t/m maart 2013
- bewerking en inventarisatie etappe 3: juli t/m augustus 2013
- archiefomvang ingedikt van 235 naar 45,7 meter (380 archiefdozen)
Deze archivalia kunnen sinds 21 december 2018 worden geraadpleegd in het Nationaal Archief (archiefnummer 2.25.101). Het Nationaal Archief heeft er als gezegd voor gekozen het archiefdeel van de CG/PD niet samen te voegen met de archiefdelen van rechtsvoorgangers RGD, VGD en PGD maar dit archiefdeel toe te voegen aan het archief van het PD (archiefnummer 2.25.100).
Zie: http://www.gahetna.nl/collectie/archief/pdf/NL-HaNA_2.25.101.ead.pdf
Inventaris PB en CB/PD 1956-2012
Productschap voor Bier (PB) & Commissie Bier van het Productschap Dranken (CB/PD)
- bestaansjaren 1954-2002 (PB) en 2002-2012 (CB/PB)
- vestigingsplaatsen: Amsterdam (1954-2008) en Den Haag (2008-2012)
- archiefbescheiden aangetroffen uit de periode 1956-2012
- werkzaamheden uitgevoerd in 2 etappes (archiefdeel PB en archiefdeel CB/PB)
- selectie en voorbereiding etappe 1: februari 2011
- bewerking en inventarisatie etappe 1: maart t/m juni 2011
- selectie en voorbereiding etappe 2: januari 2014
- bewerking en inventarisatie etappe 2: januari t/m februari 2014
- archiefomvang ingedikt van 41,3 naar 4,3 meter (37 archiefdozen)
Deze archivalia kunnen sinds 10 september 2018 worden geraadpleegd in het Nationaal Archief (archiefnummer 2.25.62). Het Nationaal Archief heeft er als gezegd voor gekozen het archiefdeel van de CB/PD niet te incorporeren in het archief van rechtsvoorganger PB maar dit archiefdeel toe te voegen aan het archief van het PD (archiefnummer 2.25.100).
Zie: http://www.gahetna.nl/collectie/archief/pdf/NL-HaNA_2.25.62.ead.pdf
Inventaris BDAD en CS/PD 1951-2012
Bedrijfschap voor de Detailhandel in Alcoholhoudende Dranken (BDAD) & Commissie Slijters van het Productschap Dranken (CS/PD)
- bestaansjaren 1959-2002 (BDAD) en 2002-2014 (CS/PD)
- vestigingsplaatsen: Den Haag (1959-1979), Hillegom (1980-1983), Rijswijk (1984-2003) en Rotterdam (2004-2014)
- archiefbescheiden aangetroffen uit de periode 1951-2012
- werkzaamheden uitgevoerd in 2 etappes (archiefdeel BDAD en archiefdeel CS/PD)
- selectie en voorbereiding etappe 1: december 2010
- bewerking en inventarisatie etappe 1: maart t/m mei 2014
- selectie en voorbereiding etappe 2: juni 2014
- bewerking en inventarisatie etappe 2: augustus t/m september 2014
- archiefomvang ingedikt van 11,5 naar 3,5 meter (30 archiefdozen)
Deze archivalia kunnen sinds 10 september 2018 worden geraadpleegd in het Nationaal Archief als aanvulling op de aldaar reeds sinds 1989 verblijvende archivalia van het BDAD (archiefnummer 2.06.059.10). Het Nationaal Archief heeft er als gezegd voor gekozen het archiefdeel van de CS/PD niet te incorporeren in het archief van rechtsvoorganger BDAD maar dit archiefdeel toe te voegen aan het archief van het PD (archiefnummer 2.25.100).
Zie: http://www.gahetna.nl/collectie/archief/pdf/NL-HaNA_2.06.059.10.ead.pdf
Productschap Dranken (PD)
- bestaansjaren 2002-2014
- vestigingsplaatsen: Rotterdam (2002-2008), Schiedam (2008-2009) en Den Haag (2009-2014)
- archiefbescheiden aangetroffen uit de periode 1997-2014
- werkzaamheden uitgevoerd in 2 etappes (archivalia 1997-2009 en archivalia 2010-2014)
- selectie en voorbereiding etappe 1: november t/m december 2010
- bewerking en inventarisatie etappe 1: september t/m november 2013
- selectie en voorbereiding etappe 2: juni 2014
- bewerking en inventarisatie etappe 2: juni 2014
- archiefomvang ingedikt van 15 naar 2,8 meter (24 archiefdozen)
Deze archivalia kunnen sinds 31 augustus 2018 worden geraadpleegd in het Nationaal Archief (archiefnummer 2.25.100). Het Nationaal Archief heeft er als gezegd voor gekozen de archiefdelen van de vier onder het PD ressorterende commissies (CFW/PD, CG/PD, CB/PD en CS/PD) aan dit archief toe te voegen.
Zie: http://www.gahetna.nl/collectie/archief/pdf/NL-HaNA_2.25.100.ead.pdf