In de streek rond Goslar, in het Duitse Harz-gebergte, wordt vanouds een spontaan gistend, troebel tarwebier gebrouwen dat bekend staat onder de naam Gose. Vanaf 1738 wordt dit type bier ook in Leipzig en omgeving gebrouwen. Brouwerijen uit Leipzig en omgeving maken voor de botteling van hun Gose gebruik van platte flessen met opvallend lange halzen. Rond 1900 telt Leipzig zo’n twintig speciale Gosenschänken. Deze café’s worden druk bezocht door studenten, getuige deze spreuk van een anonieme dichter: “Es trinken täglich die Studiosen, so zwischen zwei und zwanzig Gosen!” Rond 1930 is het Gose-bier als lokale specialiteit nagenoeg van de markt verdrongen door ondergistende bieren van het type pilsener. Ruim een halve eeuw later wordt Gose echter herondekt en sindsdien neemt het verbruik weer toe. Ook in Goslar, in de Worthmühle tegenover het Stadtmuseum, wordt weer Gosebier getapt.De langhalzige Leipziger Goseflessen uit de negentiende eeuw zijn thans uiterst zeldzaam. Dit exemplaar (dat van 2001 tot 2015 te bewonderen was in het Likeur & Frismuseum in Hilvarenbeek) is ook nog eens voorzien van een fraaie schildering, die helaas door de tand des tijd wel ernstig is aangetast.
Peter Zwaal