Christos Tsiolkas, Barracuda (Crows Nest : Allen & Unwin, 2013) 516 p., $ 32.99
Christos Tsiolkas (vert. Tjadine Stheeman & Onno Voorhoeve), Barracuda (Amsterdam : Ambo-Anthos, 2014) 395 p., € 21.95
Robert Connolly (reg.), Barracuda (Sydney : Australian Broadcasting Corporation / Matchbox Pictures / Universal Pictures International, 2016) 2 dvd’s, 219 min., £ 24.99 (Amazon)
Bij de Olympische Zomerspelen die in 2000 in Sydney werden gehouden was de Australische zwemmer Ian Thorpe (1982) de absolute uitblinker. Thorpedo, zoals zijn bijnaam luidde, haalde drie gouden en twee zilveren medailles. Alle drie die gouden medailles werden ook nog eens gezwommen in een wereldrecordtijd. Tijdens de slotmanifestatie van de Spelen in Sydney mocht Thorpe, als meest succesvolle deelnemer aan de Spelen, de Australische vlag dragen. Na het succes van de Spelen stonden sponsors uit binnen- en buitenland voor Thorpe in de rij en werd hij nationaal bezit. Sportief gezien bleef Thorpe nog een jaar of vier, vijf op topniveau presteren maar op persoonlijk vlak ging het hem veel minder voor de wind. Al voor de Spelen van Sydney deden geruchten de ronde dat Thorpe homoseksueel was maar Thorpe meende die geruchten, al dan niet op advies van zijn zakelijk manager, publiekelijk te moeten ontkennen. Ook nadat hij met zwemmen was gestopt sprak Thorpe de geruchten dat hij homoseksueel was consequent tegen. Pas in 2014 kwam Thorpe, inmiddels 32, uit de kast, na jarenlang een frustrerend dubbelleven te hebben geleid, wat onder andere leidde tot een aantal depressies en problemen met alcohol.
Ongetwijfeld heeft de Australische schrijver Christos Tsiolkas inspiratie geput uit de geschiedenis van Thorpe toen hij zijn roman Barracuda (2013) schreef, ook al was het voorlopige sluitstuk van die geschiedenis – Thorpes coming out – op dat moment nog niet in beeld. Voor lezers van Thorpes autobiografie This is me (2012) was echter wel bekend dat achter het overweldigende succes een getroebleerd mens schuilging. Barracuda is de bijnaam van de talentvolle jonge zwemmer die de hoofdpersoon is van Tsiolkas’ roman. Net als Thorpedo is Barracuda voorbestemd om te schitteren op de Spelen van 2000. Achter de bijnaam Barracuda gaat Daniel (Danny) Kelly schuil, oudste zoon van een vader van Schots-Ierse komaf en een moeder met Griekse wortels. Danny’s vader is vrachtwagenchauffeur en zijn moeder kapster. Het gezin Kelly woont in Reservoir, een arbeiderswijk van Melbourne waar veel zogenaamde nieuwe Australiërs (niet-Britse immigranten van na de Tweede Wereldoorlog en hun nakomelingen) wonen. Danny is geen skip (roomwitte Australiër van Britse afkomst) maar een halve wog (Australiër met een mediterraan kleurtje).
Vanwege zijn opzienbarende zwemprestaties heeft Danny in 1994 een beurs gekregen om aan een dure particuliere school te studeren met een eigen zwemcoach, wedstrijdbad en andere topsportfaciliteiten. Vanaf dag één op deze nieuwe school merkt Danny dat hij vanwege zijn afkomst geen aansluiting vindt bij de andere jongens van het schoolzwemteam, wat zijn weerzin tegen de school alleen maar vergroot. Die weerzin vindt uitdrukking in de naam die Danny voor de eliteschool hanteert: Kuttiuscollege (Cunts’ College). De enige motivatie van Danny om toch door te zetten is een betere zwemmer te worden en zijn ouders niet teleur te stellen, die veel (vader) zo niet alles (moeder) voor de zwemcarrière van hun oudste zoon over hebben. Van zijn teamgenoten krijgt Danny de bijnaam Barracuda omdat hij net als deze agressieve roofvis flink van zich afbijt, zowel in als buiten het zwembad. Dat Danny niet over zich laat lopen is het eerste wat zijn nieuwe zwemcoach Frank Torma hem heeft bijgebracht. Torma, zelf van Hongaarse afkomst, beseft dat hij met Danny mogelijk Olympisch goud in handen heeft en wil de jongen mentaal wapenen tegen zijn teamgenoten, die zowel zijn klassevijanden als zijn concurrenten zijn.
Danny´s seksualiteit is ambigu. Hij heeft weliswaar een hartsvriendin (eveneens afkomstig uit Reservoir) maar die relatie kent geen seksuele component. Met één van zijn teamgenoten, Martin Taylor, ontstaat na enige tijd een bijzondere verstandhouding maar ook die is niet seksueel, of komt althans niet verder dan een gezamenlijk potje masturbatie tijdens een logeerpartij in het buitenhuis van de familie Taylor. Martin is de voormalige kampioen van het zwemteam van het Kuttiuscollege die door Danny van de troon gestoten is. In het zwembad heeft Danny Martins respect verdient maar buiten het zwembad blijft het klasseverschil een diep doorleefde vriendschap in de weg staan.
Twee jaar lang verloopt Danny´s zwemcarrière voorspoedig en wordt hij voortdurend beter, sterker en sneller. Daardoor wordt Danny hoogmoedig en gaat hij zelf in een gouden toekomst geloven. Sportief succes is de enige manier waarop hij zijn ouders, zusje en broertje kan terugbetalen voor hun niet aflatende steun. Op de Australische zwemkampioenschappen van 1997 wordt Danny eerste op de tweehonderd meter vlinderslag. Zijn droom om zich te kwalificeren voor de Spelen van Sydney valt echter in duigen als hij tijdens de Pan Pacific Swimming Championships van 1997 in Fukuoka slechts vijfde wordt. Danny is hierdoor zo gedesillusioneerd dat hij op eigen kracht het zwembad niet uit kan en de kant op moet worden getrokken. Hoogmoed komt voor de val. Hier laat Tsiolkas de geschiedenis van Barracuda duidelijk divergeren van die van Thorpedo. Als een groot zwemmer als Thorpe al niet goed weet wat hij met zijn leven aanmoet na Olympisch succes, hoe moet het dan met een zwemmer die net onder de top blijft steken?
De ontgoochelde Danny raakt in een negatieve spiraal. Hij zoekt ruzie met zijn coach en ontpopt zich nu ook buiten het zwembad als een vechtersbaas. Vanwege ondermaatse schoolprestaties blijft hij zitten, verspeelt daardoor zijn beurs en ziet zich gedwongen een bijbaantje te nemen om zijn schoolopleiding af te kunnen maken. Op de dag van de openingsceremonie van de Olympische Spelen in Sydney gaat Danny de confrontatie aan met zijn zogenaamde vriend Martin en diens upperclass familie. Nu hij een mislukkeling is gebleken vindt de familie Taylor hem plotseling niet meer interessant. Als ongenode gast verschijnt Danny op een groot feest ten huize aan de familie Taylor ter gelegenheid van de verloving van Martin. Danny drinkt zich een stuk in zijn kraag, misdraagt zich en gaat op het einde van de avond met Martin op de vuist. Als gevolg daarvan belandt hij in de gevangenis.
Hoe Danny er weer bovenop komt en hij zijn zelfvertrouwen herwint doet Tsiolkas in de roman eveneens uit de doeken. Ik wil daar hier niet al te uitgebreid bij stil staan. Laat ik volstaan met de mededeling dat Danny in de gevangenis een homoseksuele relatie krijgt en ook na zijn detentie de herenliefde blijft toegedaan. Belangrijker nog dan die nieuw verworven seksuele identiteit is dat Danny op zoek gaat naar zowel zijn Schots-Ierse als Griekse wortels. Gaandeweg leert hij inzien dat het in het leven niet draait om sportief of maatschappelijk succes maar om vriendschaps- en familiebanden. Om een goed en gelukkig mens te kunnen worden moet je weten waar je vandaan komt, moet je jezelf niet anders voor doen dan je bent en moet je vooral ook niet teveel de verwachtingen van anderen tot die van jezelf maken.
Ik heb de plot van Barracuda hier lineair weergegeven terwijl de roman absoluut geen lineair tijdverloop kent. Tsiolkas springt voortdurend heen en weer in de tijd en schroomt ook niet grote episodes van Danny’s leven oningevuld te laten. De lezer krijgt daardoor nogal wat raadsels te verstouwen. Pas tegen het einde van de roman vallen de meeste puzzelstukjes op hun plaats al blijft Danny’s levensgeschiedenis er één met veel blinde vlekken. Nu ben ik als lezer wel het nodige gewend en schrik ik op voorhand niet terug voor een door elkaar geklutste plot. Maar op de helft van deze dikke roman begon het door Tsiolkas gehanteerde procedé me tegen te staan en groeide de irritatie over het feit dat voortdurend de vaart uit het verhaal wordt gehaald. Ik denk dat Tsiolkas’ vertelwijze beter zou hebben gewerkt als hij, net als in zijn vorige roman The slap (2008), gekozen zou hebben voor een meervoudig vertelperspectief. Tsiolkas heeft er echter voor gekozen om Danny’s verhaal louter en alleen vanuit Danny’s ogen te vertellen. Het gevolg daarvan is dat we wel veel over Danny’s binnenwereld te weten komen maar dat sommige bijfiguren zeer schimmig of schetsmatig blijven. Het kostte mij de nodige moeite om de hele roman lang sympathie te blijven voelen voor Danny.
Dat ik niet de enige ben die de zwakheden in Tsiolkas’ roman heeft bespeurd blijkt uit de verfilming van het boek in opdracht van de Australian Broadcasting Corporation. In de vierdelige televisieserie (2016) is het verhaal flink getrimd en ingedikt en wordt gelukkig ook de chronologie niet voortdurend geweld aan gedaan. Tegelijkertijd worden de relaties van Danny met Martin Taylor en coach Frank Torma op een weldadige manier uitgediept. Hier en daar neemt de film een wat andere wending dan het boek. Zo belandt Danny in de televisieserie niet in het gevang maar krijgt hij een alternatieve taakstraf opgelegd. Ik weet niet of Tsiolkas blij was met deze en enkele andere wijzigingen maar mij bevielen ze wel. Ik zeg het niet vaak maar ik kan het hier niet laten: wie geen zin of tijd heeft om zowel het boek te lezen als de televisieserie te zien raad ik aan te kiezen voor de serie.
© Peter Zwaal, 2018