Faber Pallets (2020)

Faber Pallets (omslagontwerp Aagje Martens)Kees Faber, 2016 (foto Marcel Bakker)
Titel: Faber Pallets : kroniek van een familiebedrijf
Opdrachtgever: K.W.T. Faber (Schoten, België)
Uitgever: Koninklijke Van Gorcum B.V. (Assen)
Co-auteurs: Kees Faber (hoofdstukken 1 t/m 8) en Jef de Jager (hoofstukken 7 & 8)
Projectduur: december 2015 t/m maart 2020 (interviews, archiefonderzoek, schrijfwerkzaamheden en illustratieresearch)
Publicatie: mei 2020
ISBN: 978-90-232-5734-9
Taal: Nederlands
Omvang: 334 p., 253 illustraties
Oplage: 500 exemplaren
Uitvoering en formaat: ingebonden, 27 x 20 cm (h x b)
Verkrijgbaarheid: bij boekhandel en uitgeverij (https://www.vangorcum.nl/product/100-347_Faber-Pallets)

 

Sommige Nederlandse bedrijven met een omzet van honderden miljoenen euro’s zijn bij pers en publiek nauwelijks bekend: omdat ze opereren in een business-to-business markt, niet beursgenoteerd zijn, en ook nog eens aan de weg timmeren onder een veelvoud van namen. Zo’n bedrijf is de Faber Halbertsma Groep, een conglomeraat van palletproductie- en palletverhuurbedrijven dat actief is in heel West-Europa met een hoofdkantoor in het Gelderse rivierengebied (Eck en Wiel). De man die verantwoordelijk is voor de totstandkoming van dat conglomeraat is Kornelis Willem Tjitte (Kees) Faber, in 1941 geboren in Assen en sinds 1992 woonachtig in België. Toen hij als vijftienjarige (!) in het houtemballagebedrijf van zijn vader werkzaam werd, maakte dat bedrijf vooral botervaten en kisten. Dankzij de inspanningen van Kees Faber schakelt het bedrijf vanaf 1960 in rap tempo over op de productie van pallets. Door een management buy-out neemt Faber eind 1976 het bedrijf van zijn vader over. Mede als gevolg van een strategische alliantie met twee andere middelgrote palletproductiebedrijven (1983), weet Faber in navolgende jaren stapsgewijs de Nederlandse marktleider Halbertsma (Grouw) in te lijven. Vanaf 1997 is de Faber Halbertsma Groep ook actief op het gebied van palletpoolingdiensten.

Eind 2015 benadert Kees Faber mij met de vraag of ik als ghostwriter zijn levensverhaal te boek wil stellen. Hij heeft dan al zelf enkele aanzetten op papier. Omdat ik geen ervaring als spookschrijver heb aarzel ik. Als duidelijk wordt dat Faber een boek voor ogen staat waarin ook de voorgeschiedenis van het familiebedrijf beschreven wordt en dat daarvoor behoorlijk wat archief- en bronnenonderzoek nodig is, hap ik toch toe. Een andere overweging is dat de geschiedenis van de Nederlandse palletindustrie en pallethandel nog grotendeels ongeschreven is. Dat biedt gelegenheid om ook daar enig onderzoek naar te verrichten. Bovenal echter is het de openhartige en zelfkritische houding van Kees Faber die mij over de streep trekt. Hij erkent dat zijn geheugen voor data, namen en gebeurtenissen feilbaar is en dat hij graag alles grondig geverifieerd wil zien. Niet onbelangrijk is verder dat hij bereid is man en paard te willen noemen als het gaat om geschillen en zakelijke conflicten – zelfs als die zich hebben afgespeeld in familiekring.

Wat ik van het project geleerd heb is dat het beslist niet eenvoudig is om in de huid van een ander te kruipen en daarover in de ik-vorm verslag te doen. Pas na ruim een jaar en een tiental interviews heb ik passages in mijn conceptteksten durven inlassen die niet rechtstreeks aan interviews ontleend zijn en welke dus pas achteraf door Kees Faber zijn geautoriseerd. Jef de Jager, die eerder met dit bijltje gehakt heeft toen hij de memoires van Albert Heijn optekende (1997), was behulpzaam bij de laatste hoofdstukken van het boek, toen meer snelheid en mankracht geboden was dan ik kon opbrengen. Vormgever Aagje Martens heeft over allerlei vraagstukken meegedacht die meestal niet aan vormgevers worden voorgelegd (wel of geen notenapparaat, cijferpresentaties in tabellen of figuren). Het heeft geresulteerd in een prachtig verzorgd boek. Jammer is wel dat de coronacrisis een officiële boekpresentatie verhinderd heeft.  Daar staat dan weer tegenover dat het boek genomineerd werd voor de jury- en publieksprijs van de Drentse Historische Vereniging.

Vier maanden na het verschijnen van het boek maakte de Faber Halbertsma Groep bekend zich terug te trekken uit de productie van pallets en andere houten emballagegoederen om zich volledig te concentreren op de veel winstgevender verhuuractiviteiten. In de periode september-december 2020 werden de productiebedrijven in Nederland, België en Frankrijk verkocht aan de Belgische Foresco Group (Genk), aan Vierhouten-Palletindustrie B.V. (Putten) en aan de Franse Groupe Archimbaud (Mauzé-sur-le-Mignon). Dat deze stap eraan zat te komen was voor mij geen verrassing. Tijdens verschillende ontmoetingen had Kees Faber mij reeds in vertrouwen meegedeeld dat zijn dochter Ingrid, sinds 2006 CEO van de Faber Halbertsma Groep, deze strategische wending aan het voorbereiden was. Als echte ”houtman” ging het afscheid van de productiebedrijven Kees natuurlijk aan het hart, niet in de laatste plaats omdat daarmee ook de band met zijn palletfabriek in Assen voorgoed verbroken werd.

 

Nadat ik al zo’n anderhalf jaar met het boek bezig was had ik nog steeds geen palletproductiebedrijf van binnen gezien. Op 15 augustus 2017 leidde Kees Faber mij daarom rond bij Phoenix in Hasselt, één van de productiebedrijven van de Faber Halbertsma Groep. 

 

 

 

Zeer gedetailleerd en openhartig.
Sophie Timmer (RTV Drenthe)

Een buitengewoon openhartig verhaal over successen en groei, maar ook over foute beslissingen, familieruzies en financieringsperikelen. Het boek, dat vol staat met foto’s uit het familiearchief, laat zien hoe de dynamiek van de familie van invloed is op de onderneming en andersom.
Shortlist jury- en publieksprijs 2020 Drentse Historische Vereniging (18 februari 2021)